De onroerendezaakbelasting, ook wel OZB, is de gemeentelijke belasting die je betaalt over de waarde van een onroerende zaak. Het ozb-tarief wordt elk jaar door jouw gemeente vastgesteld en is een bepaald percentage van de WOZ-waarde van jouw woning.
Er zijn twee verschillende Onroerende Zaak Belastingen.
Iedere groep heeft een eigen tarief. Huurders krijgen sinds 2006 geen aanslag OZB meer. Huurders krijgen wel een aanslag gemeentelijke belastingen waar een WOZ-waarde op vermeld staat, maar hoeven daar geen OZB over te betalen.
Om de taken van de gemeente te kunnen bekostigen heft de gemeente verschillende belastingen. De onroerendezaakbelasting is goed voor ongeveer 10% van de totale gemeentelijke inkomsten per jaar. De overige gemeentelijke belastingen samen zijn goed voor een andere 10% (totaal 20%)
Soms wordt er aangegeven dat de inkomsten van de OZB gebruikt moeten worden om begrotingsgaten van de gemeente te dichten. Zo kan de gemeente de ‘artikel 12 status’ aanvragen. Dan ontvangt de gemeente vanwege financiële problemen extra bijstand vanuit het rijk. Daarvoor moet eerst de OZB verhoogd worden. Tegenwoordig wordt ook de energietransitie als 'excuus' gebruikt. Maar in de meeste gevallen wordt de OZB belasting gebruikt om de voorzieningen van de stad te kunnen onderhouden en blijven ontwikkelen. Je kan hierbij denken aan allerlei voorzieningen die de gemeenten in orde moet houden voor haar inwoners, zoals onderwijs, groenstroken, aanleg van speeltuinen en dergelijke. Zo geldt ook vaak: des te meer voorzieningen een stad/gemeente aanbiedt, hoe hoger het OZB-tarief.
De gemeente stuurt elk jaar een aanslag OZB en een WOZ-beschikking. Omdat dit jaar verwacht wordt dat de WOZ-waarde ook zal stijgen heeft dit een groter effect op de portemonnee. Een percentage van een verhoogde WOZ-waarde resulteert in hogere belasting. De waardebepaling voor de Wet WOZ is een wettelijke taak van de gemeente. Om te kunnen bepalen wat de waarde van het pand zou zijn bij verkoop, wordt jouw pand met soortgelijke panden (bijvoorbeeld gelegen in dezelfde buurt, soort, ligging en bouwjaar) die recent zijn verkocht vergeleken. Op basis daarvan wordt jaarlijks de WOZ-waarde vastgesteld.
De onroerende zaak belasting (OZB) is de grootste inkomstenbron van de gemeente en brengt op jaarbasis meer dan 3 miljard euro op. Iedere gemeente heft zijn ‘eigen’ OZB en hanteert hier verschillende tarieven voor. Dat tarief wordt door de gemeenteraad tijdens de bijeenkomst verordening OZB vastgesteld. Het tarief is een percentage (promillage) van de WOZ-waarde. Deze WOZ-waarde wordt elk jaar opnieuw vastgesteld.
Het OZB bedrag is een promillage (tarief) van de WOZ waarde
De hoogte van het OZB tarief verschilt per gemeente. Je kan een overzicht hier bekijken. Er is op landelijk niveau een plafond vastgesteld voor de hoogte van de opbrengsten van de OZB. Dit noemt met de macronorm. Daarbij kijkt het Rijk naar de stijging van de totale landelijke OZB-opbrengsten. Voor individuele gemeenten geldt geen opbrengstlimiet. Echter houden de meeste gemeenten bij het bepalen van opbrengst wel rekening met deze macronorm.
Van een aantal onroerende zaken of delen van onroerende zaken wordt geen waarde bepaald. Dat geldt bijvoorbeeld voor landbouwgronden, natuurterreinen en ook kerken. Je kan geen bezwaar maken tegen de OZB, maar wel tegen de Woz-waarde van jouw onroerend goed. Wordt jouw bezwaar gegrond dan resulteert dit in een lagere OZB. De gemeente is dan verplicht een herberekening te maken en dit met terugwerkende kracht verrekenen.
De WOZ-waarde ligt ten grondslag voor meerdere belastingen. De gemeente heft naast onroerendezaakbelasting ook andere gemeentelijke belastingen, zoals afvalstoffenheffing, rioolheffing, hondenbelasting, reinigingsrecht en precariobelasting. De hoogte van deze belastingen kun je terug vinden op de WOZ-beschikking die jouw gemeente in februari stuurt. Wil je een overzicht krijgen van de totale belastingsdruk van jouw gemeente, dan verwijzen wij je naar de website van jouw gemeente/woonplaats.